Als poepen een probleem is…
Fenna was vier en allang zindelijk wat het plassen betreft. Maar ze wilde op de wc niet poepen. Ze hield haar ontlasting de hele dag op en vroeg voor het slapengaan om een luier. In een hoekje van de kamer poepte ze in haar luier – ze vond het vies om het in haar broek te doen. ‘Het komt wel goed’, zeiden kennissen. ‘Het komt wel goed’, zei ook de huisarts. Betty: ‘En tóch zei mijn gevoel: hulp inschakelen. Op de Poeppoli was Fenna na een halfjaar van haar probleem verlost.’
Poepproblemen kunnen zich op allerlei manieren uiten. Lusteloosheid, vermoeidheid, prikkelbaarheid, buikpijn, weinig eetlust, harde ontlasting, pijn tijdens het poepen en soms scheurtjes in de anus. Of het niet herkennen van aandrang, bang zijn om te poepen en het ophouden van poep. Soms verliezen kinderen onvrijwillig ontlasting in hun onderbroek. Dit komt omdat dunne ontlasting langs de harde poep loopt.
Boekentip voor kinderen: Daantje kan niet poepen
Vieze luchtjes
Komt de basisschool in zicht, dan neemt de spanning bij ouders toe. Je zoontje kan immers worden gepest omdat er vieze luchtjes om hem heen hangen. Of je dochter wil niet meedoen aan zwemles of gym. En raakt daardoor buiten de groep. Om dat te voorkomen leggen ouders soms nóg meer nadruk op het wc-gedrag van hun kind. Waardoor bij zoon of dochter de stress toeneemt en het gezin – ongewild – in een vicieuze cirkel belandt.
De eerste stap is altijd een bezoek aan de huisarts. Als het probleem aanhoudt, kan doorverwezen worden naar de kinderarts. Hij bekijkt een kind altijd eerst, om medische oorzaken uit te sluiten. Daarna wordt een kind doorverwezen naar de Poeppoli – er zijn meerdere in het land. Aan de hand van een ‘poepvragenlijst’ brengen de ouders eventuele problemen in kaart. Zijn er bijvoorbeeld angsten of gedragsproblemen? Hiervoor kan een kinderpsycholoog worden ingeschakeld.
Hectiek
Meestal komen de kinderen op het spreekuur van de pedagogisch medewerkers. ‘Onze Poeppoli wordt steeds drukker’, vertelt Dieuwke van Hijum, een van de vier pedagogisch medewerkers. ‘We hebben er geen verklaring voor. Geeft de hectiek van deze tijd meer stress en daardoor vaker poepproblemen? Of weten ouders ons gewoon beter te vinden?’
Omdat ieder kind zijn eigen aanpak nodig heeft, geven de medewerkers begeleiding op maat. Dieuwke: ‘Soms blijkt een kind bang voor de wc. Soms wil een kind de eigen poep niet weg zien spoelen in de toiletpot. Of gaat een kind zó in het spel op dat het geen tijd neemt om naar het toilet te gaan. Vaak vinden we geen verklaring voor het probleem. Eigenlijk zijn we er ook helemaal niet op uit om de diepere oorzaak boven tafel te krijgen.’
Goede resultaten
‘Voor ons is wel belangrijk te doorgronden of een kind niet wil of niet durft te poepen. Dáárop stemmen we onze aanpak af. Met als doel dat een kind een goede stoelgang krijgt. Bij de een past een ontlastingspatroon van twee keer per dag, bij de ander eens in de twee dagen. Het is elke keer spannend om te zien wat voor kind we voor ons hebben. En om zo’n jongetje of meisje in een ontspannen sfeer te laten spelen en te laten praten over poep en poepen. Vaak vinden kinderen dat heel leuk. Poepen wordt weer “gewoon”, zonder “moeten”. We zien goede resultaten: 90 tot 95 procent van de kinderen gaat hier “schoon” de deur uit.’
Ontspannen sfeer
De tweewekelijkse bezoekjes aan de Poeppoli misten ook op Fenna hun uitwerking niet. Betty: ‘Fenna verheugde zich erop. Ze had echt een klik met Dieuwke. Dieuwke had allerlei spelmaterialen en boekjes en ze maakten tekeningen. Soms had ze speelgoed met poep of poepen als thema en soms werd de aandacht juist op andere dingen gericht. De sfeer was altijd ontspannen. Zelf hadden we al – zonder resultaat – een beloningssysteem met stickers geprobeerd. Via Dieuwke werkte dat wel. Vreemde ogen dwingen.’
‘Fenna leerde om niet langer in de kamer te poepen maar in de gang. Daarna staand naast de toiletpot. Na een halfjaar was ze zover dat ze zittend op de wc-bril durfde te poepen. Maar nog steeds met een luier om. De volgende stap was op de wc-bril zónder luier. Een dagje aan de laxeermiddelen gaf het laatste zetje. De knop ging om. We zijn blij dat we bij de Poeppoli hebben aangeklopt. Want voor die tijd heeft Fenna haar ontlasting altijd krampachtig lopen ophouden. Nu zien we dat ze ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds kan poepen. Ze gaat zelfstandig naar de wc. Op het moment dat ze aandrang krijgt. Heel gewoon, zoals het hoort.’
Troch Aukje Mulder
Ut Heit en Mem nr. 1 – 2012
Voor meer info lees het boek: “Als poepen niet gewoon gaat.“

Op de hichte bliuwe fan heit&mem? Meld dy oan: