De spreidbroek
Heupdysplasie is een aangeboren afwijking die zonder behandeling loopproblemen en vroegtijdige slijtage van de heup kan veroorzaken. Bij deze afwijking kan de heupkom, vanwege onvoldoende diepte, de heupkop niet goed omsluiten. Het heupgewricht kan hierdoor niet op de juiste manier bewegen. Een spreidbroek is in de meeste gevallen het aangewezen hulpmiddel om de heupen van een baby in de goede stand te krijgen. Zielig, denken de meeste ouders, want wat doe je een kindje aan? Is het pijnlijk, kan de baby zich nog wel goed ontwikkelen, hoe moet het in de kinderwagen/buggy, autostoel? Vragen en onzekerheden die logischerwijs opkomen zolang je nog niet weet wat er allemaal gaat gebeuren.
Zo verging het ook Chantal Plantinga en haar vriend Herman Bos uit Zwaagwesteinde. ‘Bij de controles op het consultatiebureau was alles goed met Jasmijn. Wel was ze geboren met een gaatje boven haar billetjes, dat nader onderzocht moest worden omdat het op inwendige afwijkingen kon wijzen. Toen ze bijna vier maanden was, moesten er dus echo’s en röntgenfoto’s worden gemaakt. Het gaatje bleek onschuldig. Wel ontdekte men dat ze een ernstige vorm van heupdysplasie had.’
Vrees ongegrond
‘Daar hadden we dus nooit rekening mee gehouden, want in onze families komt geen heupdysplasie voor. Mijn eerste gedachte was: o jee, zal ze dan later ook moeilijk gaan lopen, zoals Lucille Werner van Lingo…’ Inmiddels weet Chantal dat alle vrees ongegrond was. ‘Ik struinde direct het internet af en werd door alle informatie gerustgesteld. De aandoening was goed te verhelpen met een spreidbroek. Die kreeg ze twee weken later aangemeten door de orthopedisch instrumentmaker. Een broek van kunststof, met een beugel om de beentjes in spreidstand te houden en klittenband rond de taille voor een goede houding van de rug.’
Snel gewend
‘Het was vlak voor de kerstdagen en we werden gewaarschuwd: misschien hebben jullie niet een fijne kerst. Want Jasmijn zou vermoedelijk protesteren. Gelukkig was ze er heel snel aan gewend. Twee nachten heeft ze maar even gehuild. Daarna was het goed. Sterker nog: ze sliep beter en langer achtereen dan in de maanden daarvoor. Net alsof ze het wel prettig vond om zo ingepakt te zijn. De broek ging gewoon over haar luier en kleding. Om knellen tegen te gaan liet ik haar meestal een maillot dragen, in de warmere maanden een dun broekje.’
Chantal en Herman kregen het advies om de spreidbroek 22 tot 23 uur per etmaal om te laten. Alleen bij wassen en badderen mocht hij af. ‘Omdat ze er zo goed op reageerde, verdween ons gevoel van “wat zielig” heel snel. En de praktische kant: het liggen in de kinderwagen, buggy en autostoel was ook goed op te lossen. We hadden toevallig al een brede kinderwagen, waarin ze acht maanden comfortabel kon liggen. In de buggy en de autostoel ging het net. En een tafelstoel hebben we speciaal in een bredere maat gekocht.’
Smokkelen
‘Op internet lees je reacties van ouders die smokkelen met de spreidbroek. Wij hielden ons heel consequent aan het aantal geadviseerde uren. Waarschijnlijk dáárdoor was er bij de eerste controle al een fantastisch resultaat te zien. De orthopeed was heel enthousiast toen hij de foto’s zag. In snel tempo ging het daarna nog beter zodat ze de spreidbroek later alleen nog maar ’s nachts om hoefde. Begin juli was ze klaar. Het was bijzonder: ik had Jasmijn verteld: morgen mag hij helemaal af. Die ochtend was ze veel vroeger wakker dan anders. En toen ik het klittenband voor de laatste keer losmaakte, hielp ze met haar eigen handjes mee… Net alsof ze besefte: het is nu écht voorbij. Daarna heeft ze wel anderhalf uur lang liggen spelen met haar beentjes en tenen. En lachen! Het was ontroerend.’
De voorspelling één tot anderhalf jaar dragen, ging bij Jasmijn niet op. Na zes maanden was de spreidbroek overbodig geworden. ‘Ik bewaar hem, voor later. Alles waar we aanvankelijk tegenop zagen, is enorm meegevallen. En nu zeggen we: wat een fantastische uitvinding!’
Door Aukje Mulder
Uit Heit en Mem 4 – 2010

Op de hichte bliuwe fan heit&mem? Meld dy oan: